Met het Kölner KGGG systeem maakt u een hoogwaardige polijstbare polimentvergulding.
Het systeem bestaat uit 3 producten: 1. Een impregneermiddel, 2. een eenpots-grondering en 3. een aanlegmiddel. Alle componenten zijn waterverdunbaar en worden koud aangebracht, hierdoor spaart u tijd en heeft u altijd een goede hechting tussen de verschillende lagen. Een polimentvergulding die niet kan mislukken!
Kölner KGGG systeem component 1 SEALER 123a.
Deze wordt met water verdund en gebruikt om zuigende ondergronden te impregeneren en te isoleren. Bijv. bij vergulding op hout, gips of steen
Kölner KGGG systeem component 2: FOND
De fond is een waterverdunbare koud te verwerken eenpots grondering en vervangt de krijtlagen en polimentlaag uit het traditionele systeem. Men kan deze toepassen direct in de juiste kleur of combinaties van kleuren. Meestal worden 4 tot 6 lagen aangebracht afhankelijk van het reliëf. Er is ook een verspuitbare versie van dit product beschikbaar voor industriele toepassingen.
Kölner KGGG systeem component 3: COLNASOL AANLEGCONCENTRAAT
Binnen het KGGG system past men een ander soort aanlegmiddel toe als bij een traditioneel systeem. Colnasol, een geconcentreerde samenstelling van dierlijke lijmen in tabletvorm wordt gemengd met warm water, laten afkoelen en koud verwerken. 1 tablet is goed voor 500ml aanlegmiddel en kan evt. gemakkelijk worden gedeeld voor een kleinere hoeveelheid aanlegmiddel. Na aanleggen van het bladgoud 24 uur droogtijd in achtnemen en daarna op elk willekeurig tijdstip ook na maanden nog tot hoogglans te polijsten met een agaatsteen.
Foto omschrijving van de verschillende stappen in het Kölner KGGG Systeem
Hieronder volgt een foto omschrijving van het Kölner kgggg systeem voor poliment vergulding aan de hand van het poliment vergulden op een ornament van gips. Het poliment vergulden op hout of ander ondergronden verschilt in wezen niet van de vergulding die wij u hier laten zien.
Voordat men met de producten aan het werk gaat moet de ondergrond natuurlijk schoon, stof en vetvrij zijn.
De ondergrond moet gecontroleerd worden op oneffenheden. Deze worden eventueel met fijn schuurpapier weggeschuurd. Hout wordt vaak eerst even bevochtigd: loszittende houtvezeltjes gaan dan rechtop staan en kunnen worden weggeschuurd.
Zuigende ondergronden worden eerst behandeld met component 1 waterverdunde sealer 123a.
Droogtijd ongeveer 2 uur. (sealer:water 1:2 / 1:3)
Voor het dichten van gaten, scheuren en modelleren van schilderijlijsten en plastische reliëfs met name uit gips en hout wordt de Kölner reliëfkit toegepast. Een uitgebreide beschrijving vindt u bij de instructie van het product reliëfkit.
Component 2 de Fond moet eerst grondig geroerd worden. Niet schudden anders ontstaan luchtbelletjes.
Het aanbrengen van de Fond geschied in minimaal 4 lagen, afhankelijk van het reliëf.
Tussen de lagen minimaal 1,5 a 2 uur droogtijd.
In principe wordt er zo min mogelijk geschuurd tussen de lagen. Alleen na de eerste laag
eventuele oneffenheden met zeer fijn schuurpapier (korrel 800) wegpolijsten.
Als de laatste laag goed doorgedroogd is wordt deze gepolijst met een zachtharig katoenen doek die iets bevochtigd is met ethanol. Men verwijdert op deze manier de laatste oneffenheden en eventuele kwaststrepen.
Zodra de ethanol verdampt is neemt men een stuk droog doek en polijst men het oppervlak glanzend. Vooral de hoger gelegen delen worden zeer glanzend gepolijst. ( hoe gladder de ondergrond hoe hoger de glans van het goud)
Component 3 Colnasol aanlegconcentraat. Het lijmwater / aanlegmiddel waarmee verguld gaat worden, wordt met warm water aangemaakt. Tijdens het oplossen van de tablet colnasol blijven roeren. Bij het vergulden dient het lijmwater afgekoeld te zijn tot omgevingstemperatuur. (1 tablet op 500ml water)
Het aanbrengen van het bladgoud.
Er wordt gewerkt met zogenaamd bladgoud los op vloei. De beste soorten zijn het die Sphinx speciaal polijstgoud oranje of dukaten. Deze zijn speciaal samengesteld voor polimentvergulding. De ondergrond wordt met een dubbelpenseel bevochtigd met het lijmwater. Werk in kleine secties en zorg ervoor dat de aangebrachte filmlaag steeds gesloten is. Begin met de hoger gelegen gedeeltes. Indien mogelijk uw werkstuk schuin opstellen zodat overtollig aanlegmiddel kan weglopen. Maak een goede planning en voorkom dat reeds aangebracht goud wordt overspoeld met aanlegmiddel.
In de natte gesloten filmlaag wordt het op maat gesneden bladgoud aangelegd met een goudoplegger. Zoals u ziet houdt u steeds een penseel bij de hand om eventueel droog gevallen delen opnieuw van aanlegmiddel te voorzien. Breng het goud voorzichtig naar het werkstuk. Zodra het blaadje goud dicht boven het aanlegmiddel is zal het goud worden aangetrokken. Werk bij veel reliëf met kleine stukjes goud. Als u te grote stukken wilt verwerken zal het goud in de dieptes scheuren. Het goud wordt altijd licht overlappend aangebracht en kan zo lang het nog drijft zeer voorzichtig met de oplegger of drogezijde van de dubbelpenseel in de juiste richting worden geschoven.
Na minimaal 3 uur droogtijd kan men de vergulding met een goudstoffer van zuiver eekhoornhaar voorzichtig worden afgestoft.
Eventuele fouten worden nu zichtbaar. Deze worden nu hersteld door met een zeer klein penseel plaatselijk lijmwater aan te brengen en met kleine stukjes bladgoud te retoucheren. Om kleine stukjes bladgoud aan te brengen kan men het best gebruik maken van een schachtpenseel nr 2 of 4 (leonard 298 rd)
In principe kan na een uur of 3 à 4 droogtijd worden gestart met het polijsten met agaatstenen. Dit polijsten kan altijd worden uitgesteld tot zelfs enkele maanden na het aanbrengen, zonder verlies van glans. Om geen enkel risico te nemen dat u te vroeg start met het polijsten kunt u het best 24 uur droogtijd in acht nemen. Vooral de hoger gelegen gedeelten worden hoogglanzend gepolijst. De @$#!*&%^Die Sphinx" agaatpolijststenen zijn verkrijgbaar in verschillende vormen.
Vaak wordt een poliment vergulding naderhand gepatineerd. Bij een restauratie gebeurt dit natuurlijk vooral om de nieuwe delen bij de oude situatie aan te passen. Ook bij nieuw werk wordt wel gepatineerd om een interessantere uitstraling te verkrijgen.
Belangrijk is dat de patina die wordt gebruikt geen oplosmiddelen bevat. Het eenvoudigst is zelf een patina te maken:
van rauwe lijnolie aangemengd met aardkleuren (oker, sienna, omber, zwart) van kunstschilderolieverf. Wij adviseren De olieverven van de Haagsche Kunstschilderverven fabriek (hkf). Breng de patina vooral in de dieper gelegen delen aan en dep deze daarna weg met een katoenen doek.
Uitgebreide omschrijving van de verschillende componenten van het Kggg systeem voor poliment vergulding
Kölner KGGG glansgoudsysteem
Kölner KGGG glansgoudgrond is een volledig, koud te gebruiken, goed polijstbaar polimentsysteem voor het aanbrengen van bladgoud en bladzilver. Het systeem is ontwikkeld, om tegenover de oude en tijd- rovende methode van het klassieke polimentvergulden een vereenvoudigde maar kwalitatief gelijkwaardige methode te stellen, die van een één-pot-systeem grondering. Krijtgrond, lijmoplossing en polimentlaag vervallen evenals het herhaaldelijk verwarmen.
Het Kggg systeem bestaat uit drie produkten :
1. sealer 123a - 2. fond - 3. colnasol aanlegmiddel.
Kölner kggg systeem component 1: sealer 123a
Een voorstrijkmiddel dat wordt toegepast op sterk zuigende ondergronden zoals hout, stucwerk, pleisterwerk, papier enz.
In de klassieke methode gebruikte de vergulder meestal oplossingen van huidenlijm om ondergronden een deel van hun absorptievermogen te ontnemen. De sealer heeft een dubbele funktie, namelijk enerzijds het absorptievermogen van de ondergrond verminderen zodat het bindmiddel uit de glansgoudgrond niet in de ondergrond wegschiet (hechtingsproblemen) en anderzijds een isolerende werking; eventuele inhoudsstoffen van de ondergrond kunnen niet meer naar buiten treden. (op tropisch hardhout eerst proeven maken) Door toevoegen van water kan de verwerker het product instellen op het absorptievermogen van de ondergrond. De sealer wordt in de regel gebruikt in de verhouding sealer:water 1:2 /1:3. Het water wordt langzaam beetje voor beetje onder voortdurend roeren aan de sealer toegevoegd.
Bij een zeer groot zuigvermogen van de ondergrond kan men de sealer nat in nat verwerken. De sealer is droog na ongeveer 2 uur. Let op: na aanbrengen van de sealer mag nooit een filmlaag ontstaan. Het is immers een impregneerproduct. Ziet u toch een glanzend oppervlak dan kunt u hechtingsproblemen krijgen met de glansgoudgrond, dus licht afschuren met fijn schuurpapier.
Kölner kggg systeem component 2: fond
De fond is een product met een zeer hoog vaste stofgehalte en is opgebouwd uit acrylhars, kleisoorten, krijt en pigment. Het product wordt geheel koud toegepast en fungeert zowel als krijtgrond en boluslaag. Een makkelijk te verwerken éénpotsysteem met uitzonderlijk goede vullende eigenschappen.
Gebruik van de Kölner fondkleuren
Alle kleuren zijn onderling mengbaar en aan te kleuren met universele mengkleur
B: Poliment (bolus)rood & Bi: Polimentrood donker:
Wordt daar toegepast waar de originele polimentkleur essentieel bijv. op vergulde spiegel en schilderijlijsten. Geeft het goud een warme gloed.
O: Oker
Een wat meer neutrale kleur voor het vergulden. Heeft minder invloed op de kleur van het goud. Eventuele beschadingen zijn minder goed zichtbaar.
L: Geel
Zal het goud iets feller laten lijken. Het uiterlijk zal vrij koel zijn.
E: Blauw
Wordt toegepast zowel bij verzilveren als vergulden en geeft een koel uiterlijk.
S: Zwart
De kleur om een verzilvering mooi tot zijn recht te laten komen
C: Wit
Toepasbaar bij vergulden en verzilveren. Het is tevens de kleur die het best aan te kleuren is met universele mengkleuren. Wit wordt ook wel als bruineerwit gebruikt of als gesso voor ikonen.
Kölner fond aanbrengen met kwast of penseel
Het produkt altijd voor gebruik grondig oproeren!
De fond wordt in minimaal 4 lagen aangebracht. Tussen de lagen steeds 1½ à 2 uur droogtijd in acht nemen. Er wordt verdund met ongeveer 5% leidingwater. Aanbrengen met een zachtharige kwast. De grondering wordt vol opgezet. Bij het aanbrengen van te dunne lagen zullen kwaststrepen zichtbaar blijven. Na de eerste laag wordt eventueel licht geschuurd met fijn schuurpapier bijv korrel 800. Tussen de lagen wordt niet geschuurd. De totale laagdikte dient minimaal 150μm te zijn. Let er vooral op dat scherpe kanten goed worden voorzien van voldoende laagdikte. Eventueel kan met als extra laatste laag een sterk verdunde oplossing aanbrengen uitsluitend om ontstane kwaststrepen weg te werken. Nadat de laatste laag is aangebracht wordt deze op de volgende manier gepolijst. Men neemt een niet pluizende zachte katoenen doek en bevochtigt deze met ethanol (alcohol). De doek mag slecht iets vochtig zijn en zeker niet nat. Als deze te nat is verwijdert u te veel van de grond. Door over het oppervlak te poetsen met een redelijke druk zal hierdoor het bovenste laagje van de grond iets oplossen, door het wrijven verdwijnen dan de oneffenheden. Door direkt aansluitend met een droge katoenen doek te wrijven wordt de ondergrond zeer glad en zal gaan glanzen.
Kölner Instaclay aanbrengen met spuitapparatuur
Voor het aanbrengen van de Kölner fond met spuitapparatuur is een speciaal product ontwikkeld: Kölner Instaclay.
Het produkt heeft een zeer hoog vaste stofgehalte zodat de benodigde laagdikte (150 μm) meestal al in twee lagen bereikt is. Er wordt gebruik gemaakt van lage druk spuitapparatuur met een spuitopening van 1½ mm. De Instaclay wordt verwerkt bij een viskositeit van 25 sec. (dincup 4mm 20°C). Verdunnen met leidingwater. Droogtijden en verdere bewerking zijn hetzelfde als bij Kölner fond (voor aanbrengen met kwast of penseel).
Kölner kggg systeem component 3: colnasol aanlegkoncentraat
Bij een klassieke polimentvergulding was de lijm al verwerkt in de boluslaag. Bij het Kölner kggg systeem wordt de lijm verwerkt in het aanlegmiddel. Dit product Colnasol is een concentraat van verschillende dierlijke lijmen en wordt gemengd met water. Het principe van poliment vergulden is dat u werkt met los bladmetaal dat op maat wordt gesneden op een bladgoudkussen. Met de oplegger wordt het bladmetaal aangebracht op de natte laag aanlegmiddel. Deze natte laag dient altijd een gesloten filmlaag te zijn, want daar waar het produkt reeds is opgedroogd zal het bladmetaal niet goed blijven zitten. Dit bemerkt u meestal pas bij het polijsten met de agaatstenen. Het oplossen van de colnasol gebeurt onder voortdurend roeren in warm leidingwater met een temperatuur van ongeveer 55/65°C. Het aldus ontstane mengsel moet eerst afkoelen tot kamertemperatuur alvorens men tot verwerking kan overgaan. Colnasol aangemaakt met water is slechts enkele dagen houdbaar in de koelkast; er worden namelijk geen conserveringsmiddelen toegevoegd. Mengverhouding voor bladgoud en zilver: 1 tablet (=10gr) op 500ml water. Mengverhouding voor slagmetaal: 1 tablet op 400ml water. Voor kleinere hoeveelheden laten de tabletten zich gemakkelijk met een scherp mesje delen.